European Commission logo
English English
CORDIS - EU research results
CORDIS

Piloting Automated Driving on European Roads

Article Category

Article available in the following languages:

Geautomatiseerde mobiliteit in Europa

Intelligente voertuigen zullen een groot verschil gaan maken voor onze wegen en transportinfrastructuur. Via twee door de EU gefinancierde initiatieven worden functies ontwikkeld en getest voor het verkennen van de mogelijkheden van geautomatiseerde mobiliteit en vervoer om de verkeersveiligheid te verhogen en doorstroming te verbeteren.

Transport and Mobility icon Transport and Mobility

Europese onderzoekers hebben geautomatiseerde technologieën getest om het comfort en de veiligheid voor bestuurders te verhogen en de doorstroming en milieuprestaties te verbeteren. In het kader van het project AdaptIVe zijn innovaties getest waarbij rekening wordt gehouden met de behoeften van de bestuurder en het huidige wettelijke kader. „De resultaten worden toegevoegd aan het uiterst ambitieuze, door de EU gefinancierde initiatief L3Pilot, dat beoogt meer inzicht te krijgen in de wijze waarop geautomatiseerde voertuigen effectief kunnen worden geïntegreerd in de Europese transportinfrastructuur”, aldus projectcoördinator Aria Etemad van Volkswagen Group Research. Met AdaptIVe wordt de interactie geoptimaliseerd tussen bestuurders en geautomatiseerde technologieën, door het toepassen van een benadering van „gedeelde controle” via een breed scala aan systemen, waaronder interactie tussen voertuigen, obstakelsensoren en technologieën die reageren op de toestand van de bestuurder. Onderzoekers testten tevens vier van de vijf niveaus van automatisering van de SAE (Society of Automotive Engineers), te weten ondersteuning bestuurder, gedeeltelijke automatisering, voorwaardelijke automatisering en hoog geautomatiseerd. Zij deden dit met behulp van demonstratievoertuigen, variërend van kleine stadsauto's tot grotere personenwagens en een zware vrachtwagen. De ontwikkeling omvatte drie scenario’s: korte afstand, stadsverkeer en snelwegen. Bij de testen op korte afstand ging het om manoeuvreren tijdens het parkeren of in drukke omgevingen bij snelheden van maximaal 30 km/h. Stadsscenario’s omvatten een breed scala aan alledaagse gevaren in het verkeer bij snelheden variërend van 10 tot 70 km/h. De uitdagingen bestonden hier uit de complexiteit van de omgeving en de dichtheid van de verkeersstromen. Tijdens snelwegscenario’s bereikten de voertuigen snelheden tot 130 km/h, werden manoeuvres uitgevoerd zoals het wisselen van rijstrook en invoegen tussen ander verkeer. Belangrijke Europese initiatieven Onderzoekers pasten de AdaptIVe-resultaten toe op het L3Pilot-project. Dit is het grootste door de EU gefinancierde onderzoek in zijn soort, met 1 000 bestuurders die met 100 geautomatiseerde voertuigen onder uiteenlopende omstandigheden door tien Europese landen rijden. Via het initiatief wordt getracht de levensvatbaarheid te bepalen van geautomatiseerde mobiliteit als veilige en efficiënte vervoersmethode op de openbare weg. Hierbij wordt met name gekeken naar het grootschalig testen van functies van SAE-niveau 3, met daarnaast een beoordeling van enkele functies van SAE-niveau 4. Het onderzoek omvat een breed scala aan rijsituaties, zoals parkeren, inhalen op de snelweg en het passeren van kruispunten in stedelijk gebied. De waardevolle gegevens die zo worden verzameld, dragen bij aan het evalueren van technische aspecten, acceptatie door gebruikers, rij- en reisgedrag en de invloed op verkeer en veiligheid, om een gestandaardiseerde, Europa-brede testomgeving voor geautomatiseerde mobiliteit op te zetten. „Daarna zijn we klaar voor grootschalige operationele tests op de openbare weg”, merkt Etemad op. Veiligere, efficiëntere mobiliteit Onderzoekers verzamelen tevens beste praktijken over de ontwikkeling van geautomatiseerde rijfuncties en vatten deze samen in een Praktijkcode. „Deze code bevat een representatief proces voor het ontwerpen en ontwikkelen van functies voor geautomatiseerde mobiliteit, zoals praktische checklists en veiligheidsaspecten, en methoden waarmee het veilige gebruik van functies voor geautomatiseerde mobiliteit kan worden bevestigd”, legt Etemad uit. Daarnaast onderzoeken projectpartners de gevolgen van functies voor geautomatiseerde mobiliteit onder verschillende verkeersomstandigheden en beoordelen zij de technische deugdelijkheid en cyberveiligheid van het systeem. Ook kijken zij naar de gebruiker: bij de evaluatie van systemen voor geautomatiseerde mobiliteit wordt rekening gehouden met een reeks demografische aspecten, zoals geslacht en leeftijd. Tot slot worden in het L3Pilot-project conclusies getrokken met betrekking tot technische aspecten, acceptatie door gebruikers, rij- en reisgedrag en de invloed van geautomatiseerde mobiliteit op het verkeer. „We bepalen de veiligheid, efficiëntie, mobiliteit en economische invloed van toepassingen voor geautomatiseerde mobiliteit. Hierbij kijken we naar gemengde omstandigheden voor geautomatiseerd verkeer op basis van pilotgegevens uit de realiteit. Daarnaast stellen we een kosten-batenanalyse op ten aanzien van heel Europa”, aldus Etemad.

Keywords

AdaptIVe, L3Pilot, geautomatiseerde mobiliteit, veiligheid, weg, Society of Automotive Engineers (SAE), transport, vervoer

Discover other articles in the same domain of application